• Nieuwsbrief
  • Posts
  • De toekomst van het Vondelpark en de groene ambities van de stad

De toekomst van het Vondelpark en de groene ambities van de stad

Welke vraagstukken spelen er rondom Amsterdams bekendste park? En hoe serieus neemt de gemeente Amsterdam de ouderenagenda? Hierover meer in deze nieuwsbrief.

7

👋Amsterdammers zijn het over Ă©Ă©n ding eens: er is te weinig groen in Amsterdam. Ook wij hebben in ons verkiezingsprogramma tientallen miljoenen opgenomen om toe te voegen aan groen.

Deze week debatteerde ik in de Balie over de toekomst van het Vondelpark. Een icoon van de stad en het park waar ik zelf (in West) een decennium lang naast heb gewoond. Het was daarmee mijn achtertuin net als die van de 10 miljoen andere bezoekers. Het park is succesvol en dat succes komt met een prijs. Hoe hiermee om te gaan?

In deze nieuwsbrief sta ik stil bij de vraag waarom de groene ambities (die iedereen in de stad lijkt te delen) in de praktijk toch zo moeizaam gehaald worden. Het antwoord is eigenlijk simpel: het gaat om geld en groene ambities botsten vaak met andere ambities.

Daarnaast sta ik stil bij de wens van Amsterdam om een ‘age friendly city’ te worden. Dat klinkt mooi, maar echt ambitieus is het allemaal niet. Hoe dat komt? De verklaring daarvoor lees je in deze brief.

De afsluiter ziet toe op VTH-beleid. In het bestuurlijk stelsel zit een weeffout: zij die de uitvoering (vergunningverlening) van de kaders controleren hebben deze niet vastgesteld. Waarom dat een probleem is licht ik kort toe.

Tot slot: in mijn nieuwsbrieven maak ik vaak gebruik van tweets/X-posts. Dat worden er minder. Niet omdat ik tegen X ben, maar omdat de exodus (vanwege Musk) merkbaar is. Veel mensen en organisaties die waardevolle content posten zijn vertrokken. Op het alternatief (BlueSky) komt die content nog niet terug. Dat is jammer maar daarmee ook een teken van de tijd waarin wij leven.

Veel leesplezier.

Laurent Staartjes

Laurent Staartjes
[email protected]

Wil je reageren op deze brief? Of heb je een onderwerp dat interessant is voor de lokale politiek?

Ik hoor het graag!

Groeien en vergroenen. Kan dat wel?

🌳 De Amsterdamse gemeenteraad stelde in de Omgevingsvisie 2050 vast dat de stad ‘rigoureus gaat vergroenen’. Dat betekent ‘meer en beter’ groen. In dezelfde visie stelde de raad de ambitie vast dat Amsterdam naar Ă©Ă©n miljoen mensen zal groeien. Kan een stad wel beide ambities waarmaken?

Op woensdag 5 februari debatteerde ik in de Balie over de vraag “van wie is het Vondelpark?”. Jaarlijks bezoeken meer dan 10 miljoen mensen het park. Het park is een groot succes en dat succes komt met een prijs: ecologen waarschuwen dat het vijf voor twaalf is. Het ecologisch en gebruiksgroen in het park staat onder druk door de drukte. Het Park is hier oorspronkelijk niet op ingericht. Dat geldt niet alleen voor het Vondelpark: groen staat in de gehele stad onder druk.

Het debat was een aanleiding om het te hebben over de groene ambities van de gemeente Amsterdam. Op 21 december 2020 stelde de Amsterdamse raad de Groenvisie vast. Deze visie staat bol van de grootste ambities en beloftes. Waaronder de toevoeging van een heus stadsbos. Eerder (in 2018) werd de belofte al gedaan dat er in 2025 een park ter grote van het Vondelpark aan de stad zou worden toegevoegd.

In 2021 beschreef Het Parool al dat van die ambities weinig overbleef. Niet alleen het aantal woningen blijft achter. Het gemeentebestuur belooft meer bomen dan er in de praktijk komen:

📉 Sinds 2021 is die trend helaas niet veranderd. Volgens een recent onderzoek zou de afgelopen vijf jaar het totale groen zelfs met 25% zijn afgenomen! Dit bovenop de afname die hierboven beschreven is.

Binnen de gemeenteraad maakt links tot rechts zich zorgen. Woensdag 29 januari diende de Partij voor de Dieren (samen met onder andere mij) een motie in met de oproep om tot een actieplan te komen om ‘rigoureus te gaan vergroenen’. Het college belooft met een plan te komen.

Maar waarom gaat het zo moeizaam ondanks alle beloften?

💰 Bij het toevoegen van groen speelt een aspect een centrale rol: de financiĂ«n. De Groenvisie kent een vrij beperkte financiĂ«le paragraaf. Kort samen te vatten als “er moet nog geld gevonden worden”. Een cynicus zou zeggen: zonder financiĂ«le dekking is de visie niets meer dan een praatstuk. Het zoeken naar extra geld was wel belangrijk want in de paragraaf staat ook: “Bij gelijkblijvende middelen kunnen niet alle ambities uit de Groenvisie worden gerealiseerd.”

De toenmalig wethouder Groen kwam met een concreet bedrag dat nodig was:

Ivens heeft becijferd dat het 190 miljoen zou kosten als de hele stad gaat voldoen aan de ‘groennormen’ die het uitgangspunt zijn bij het ontwerp van nieuwe woonwijken. “Hoe snel we de stad kunnen vergroenen is afhankelijk van hoeveel geld we ervoor willen uittrekken.”

Dan gaat het alleen al om geld bij nieuwbouw. Woningbouw kan een boel geld opleveren, maar als een gemeente (zoals Amsterdam) ervoor kiest om veel gereguleerde huur te willen bouwen (40-40-20) dan blijft er weinig over voor groen. De groene ambities botsen dus met de sociale ambities van de stad.

Ook bij Amsterdams meest geliefde park - Het Vondelpark - gaat het uiteindelijk om de centen. In de jaren negentig startte het park met een grote renovatie om het toekomstbestendig te maken. Deze renovatie eindigde in 2010 en heeft uiteindelijk 29 miljoen euro gekost.

Nu Amsterdam allerlei grootste ambities heeft en het Vondelpark (als fiets- wandel- recreatie- en natuurpark) daar een sleutelrol in speelt is het de vraag of de renovatie uit de jaren negentig (en de bijhorende visie) voldoende is om het park toekomstbestendig te maken.

Maar heeft de gemeente nogmaals 29 miljoen euro op de plank liggen om de komende decennia aan de slag te kunnen gaan?

Privaat-publieke samenwerking

De oplossing is wat mij betreft simpel: privaat-publieke samenwerking. Dat betekent dat ook particulieren kunnen bijdragen aan deze opgave. Het Vondelpark is dan een logisch park om mee te starten, gezien de bekendheid en de grote betrokkenheid van omwonenden en andere Amsterdammers bij dit park. Als dit een succes is, kunnen ook andere parken volgens hetzelfde recept toekomstbestendig gemaakt worden.

Het college heeft toegezegd (na aanleiding van een motie van D66) om dit te gaan doen. Een goed idee wat mij betreft. Toch is het niet vanzelfsprekend. Een deel van de politiek wantrouwt de bijdragen van particulieren aan wat zij zien als een publieke opgave. Da wantrouwen heeft grote gevolgen. Burgemeester Halsema wist dat treffend te benoemen toen een Parool-journalist haar vroeg waarom de opbrengst van haar Nieuw Amsterdams Verbond wat tegenviel:

En juist van het laatste is het Vondelpark een uitstekend voorbeeld. Ooit opgericht door vermogende Amsterdammers die iets moois wilde doen voor de stad en vandaag de dag het visitekaartje van Amsterdam.

Age Friendly City

👮 Amsterdam wil een ‘age friendly city’ wonen. Dit is een netwerk van steden die zich inzetten voor een stad waar je prettig en gezond oud kan worden. Hiervoor heeft de gemeente Amsterdam een mooi beleidsstuk opgesteld.

Dat gemeenten serieuzer werk maken van hun ouderenagenda’s is met het oog op de vergrijzing niet meer dan logisch. Amsterdam zal ook een significante toename aan oudere inwoners kennen:

✹De ouderenagenda van Amsterdam is daarentegen niet heel spectaculair. Het college heeft een prognose gemaakt van het aantal ouderenwoningen dat nodig is (veel meer dan nu beschikbaar) maar gezien de problemen op de woningmarkt is de kans klein dat het gehaald gaat worden. De Omgevingsvisie 2050 stelt dat in ruimtelijk beleid woonzorg-zones het uitgangspunt moeten zijn, maar dat zie je in Amsterdam in de planvorming feitelijk niet terug. Ook de wethouder Ouderen (Scholtes / D66) wist even niet hoe dat precies zat.

Het College van B&W van Amsterdam spreekt ook zelden over de oudere inwoners. De focus ligt vaak op de jongste inwoners. In de nieuwsjaartoespraak van 2023 stond burgemeester Halsema daar uitgebreid bij stil. Zij zei zelfs het volgende:

🔼 Het antwoord op die vraag was niet ‘een age friendly city’. Amsterdam kent een gemeenteraad die (waarschijnlijk) de jongste van het land is. De raad organiseert kindervraaguurtjes en er is een kinderburgemeester. Voor Amsterdam heeft de jeugd de toekomst. Dat blijkt uit alles.

Hoe zit dat?

Amsterdam is namelijk een jonge stad. Zelfs in 2050 kent Amsterdam (wanneer het percentage groeit naar 18%) aanzienlijk minder ouderen (als percentage van het totaal) dan veel gemeenten nu al kennen:

Mijn bijdrage in de raad bestond eruit dat bovenstaande gegevens ongetwijfeld zullen leiden tot blinde vlekken: vergrijzing (en de ‘grijze druk’) zal in Amsterdam anders ervaren worden dan elders in het land. Opmerkelijk genoeg zal Amsterdam als een van de weinige steden wel beter om kunnen gaan met de druk die vergrijzing brengt, om de simpele redenen dat de verhouding werkenden - gepensioneerden in Amsterdam beter in balans zal blijven.

Amsterdam zal daardoor een van de weinige gemeenten zijn die de vergrijzing goed weet op te vangen. Het zou dan logisch zijn als Amsterdam als ‘jonge gemeente’ andere regio’s wenst te ontzorgen. Die ambitie is er niet. Tegelijkertijd is ervoor Amsterdam eigenlijk geen prikkel om echt werk te maken van voldoende ouderenvoorzieningen. De focus ligt op de jeugd en die hebben anderen behoeften.

Dat Amsterdam echt een ‘age friendly city’ gaat worden is (ondanks het mooie beleidsstuk) dus alles behalve een uitgemaakte zaak. De raad zal er stevig aan moeten blijven trekken.

Afsluiter

Op woensdag 5 februari had ik een gesprek met de VTH-medewerkers van Amsterdam over de verdeling van bevoegdheden tussen centrale stad en de stadsdelen naar aanleiding van een brief die de wethouder R.O aan de raad heeft verzonden. In het kort: de raad stelt de kaders op en de uitvoering (de vergunningverlening) is gemandateerd naar de dagelijks besturen van de stadsdelen. Deze worden gecontroleerd door de stadsdeelcommissies.

Op papier lijkt het logisch maar in de praktijk schuurt het: de SDC controleren kaders die zij zelf niet hebben opgesteld, goed kennen of (indien nodig) kunnen aanpassen. De procedures daarvoor (met ongevraagde adviezen) is buitengewoon omslachtig. Daarnaast heeft de raad de capaciteit niet om naast alle andere stukken ook individuele casussen (zoals op stadsdeelniveau gebeurt) te behandelen.

In de praktijk leidt bovenstaande tot teleurstelling en frustraties bij betrokkenen. Wat mij betreft moet dat anders en ik zal voorstellen in de komende herziening van het bestuurlijk stelsel dit meer aandacht te geven.

Waarom is het een probleem? Binnenkort gaat de raad een zeer complex beleidsstuk vaststellen (horeca- en terrassenbeleid) dat voornamelijk lokaal uitgevoerd wordt. Vroeger stelde elk stadsdeel zelf het beleid vast, nu doet de raad het. Was als de lokale vertegenwoordiging (a.d.h.v de praktijk) iets wil wijzigen? Dat zal dan bij een toekomstige herziening moeten gebeuren.. En dat kan nog vele jaren duren (dit beleidsstuk is al meerdere jaren in behandeling).

Wat vond je van deze nieuwsbrief? Reageer door een reply te verzenden op deze mail of stuur een mail naar [email protected]